Mijn vorige blog sloot ik af met de toezegging dat ik in deze blog de vier pijlers van engagement zou toepassen op employee engagement. Tijdens het schrijven ontdekte ik echter dat de vier pijlers nog wat nader uitgewerkt wilden worden. Zo gaat dat met creëren.
De eerste pijler betreft een vorm van persoonlijke, sociale en/of morele betrokkenheid bij een aantrekkelijk en/of interessant onderwerp, groepsverband, vakgebied of persoon. Zoals gezegd, is het geen sinecure om betrokkenheid toe te laten in je leven en toegewijd te zijn aan thema’s, onderwerpen, zaken en/of mensen waar je aandacht naar uit gaat. Zeker niet in een tijd waarin conformeren, middelmatigheid, behoudzucht en tevredenheid over het algemeen de heersende norm is (John E. Michel, 2013).
De tweede pijler betreft het tonen van serieuze belangstelling, nieuwsgierigheid of interesse, met als gevolg de bereidheid je te willen verdiepen in datgene waar je meer van zou willen weten. Om erachter te komen wat dat zou kunnen zijn, is het wellicht nodig opnieuw contact te maken met oorspronkelijke aspiraties, interesses, belangstelling of nieuwsgierigheid uit je kinderjaren. Waar was je als kind benieuwd naar, wat hield je bezig? Wat was je natuurlijke aanleg? Wat is daar nog van over? Waar ben je nog nieuwsgierig naar?
Volgens de ‘meervoudige intelligentie’ theorie van Gardner (1983) hebben we in de eerste jaren van ons leven toegang tot meerdere aangeboren kwaliteiten, waarmee bij ieder kind een ‘persoonlijke cocktail’ zichtbaar wordt. Wat daar van overblijft hangt mede af van opvoeding, socialisatie en omgevingsfactoren. Gardner onderscheidt de volgende ‘intelligenties’:
- visueel-ruimtelijk,
- lichamelijk-kinesthetisch,
- muzikaal-ritmisch,
- interpersoonlijk,
- logisch-mathematisch,
- intra-persoonlijk,
- verbaal-linguïstisch
- naturalistisch
Welke combinatie van aangeboren kwaliteiten is het meest op jou van toepassing (geweest)?
De derde pijler betreft het aangaan en onderhouden van betekenisvolle of geëngageerde relaties. Volgens Josh Bersin (2015) verstaan partners in een geëngageerde relatie de kunst om wederzijds attractief of onweerstaanbaar te zijn en te blijven voor elkaar (‘becoming irresistible’). Daarbij gaat het niet alleen om de vraag hoe ik onweerstaanbaar blijf voor mijn partner, maar ook wat ik eraan kan bijdragen dat mijn partner onweerstaanbaar blijft voor mij. En dat dan wederzijds. Hoe stimuleer je elkaar om de ander boven zichzelf uit te laten stijgen? Ofwel uit te laten stijgen boven een vertrouwd zelfbeeld, mensbeeld en wereldbeeld, en de daarmee samengaande vertrouwde handelingen, gedachten en/of gevoelens.
De vierde pijler betreft de bereidheid om uit eigen beweging extra inspanningen te leveren (‘going for the extra mile’), extra initiatieven of verantwoordelijkheden te nemen, dan wel op eigen initiatief je handelingsbekwaamheid uit te breiden, in het belang van mensen, idealen of overtuigingen. Zoals bij een (arbeids)overeenkomst of een samenwerkingsverband, een vriendschap, belofte of contract. Zonder daarbij je eigen belang uit het oog te verliezen!
Met deze nadere uitwerking wil ik aangeven dat geëngageerd willen leven en werken niet zomaar iets is wat je kan leren, maar wel kan ontwikkelen. Het gaat om het stap voor stap onthullen wie je (in potentie) bent. Eigenlijk is het een vorm van levenskunst. Volgens Joep Dohmen (2012) kan levenskunst opgevat worden ‘als een langdurig, complex, individueel leerproces waar (zelf)verantwoordelijkheid, bewust leven, eigen waarden, expressie, volharding, daadkracht en plooibaarheid deel van uitmaken. Daartoe behoren ook uiteenlopende eigenschappen en vaardigheden als zelfkennis, motivatie en daadkracht. Levenskunst is primair een moraal van zelfzorg. Pas op grond van zelfzorg is het mogelijk dat mensen vanuit een eigen houding leven en dat ze zichzelf vergeten op een manier die geen vlucht uit de werkelijkheid betekent.’
Dit is weer eens een andere opvatting over levenskunst, dan de gebruikelijke associatie met een bourgondische levenswijze. Hoe staat het met jouw levenskunstenaarschap?